Niet elke hond is fan van bezoek. Sommige kruipen meteen onder tafel wanneer er iemand aanbelt. Of blaffen zich een ongeluk, met staart tussen de poten. Niet omdat ze agressief zijn, maar omdat ze bang zijn. En die angst los je niet op met ‘het zal wel overgaan’. Een bange hond leert vertrouwen in kleine stapjes. Met geduld, zachtheid en vooral: zonder druk.
Niet forceren
De grootste fout die mensen maken? Een bange hond laten socialiseren wanneer die er niet klaar voor is. ‘Pak hem maar vast, hij moet dat leren.’ Maar voor een angstige hond voelt dat onhandelbaar. Laat hem kiezen. Geef hem ruimte. Laat hem van op afstand kijken naar die nieuwe persoon in de kamer, zonder druk. Vertrouwen komt niet door te duwen, wel van door kleine stapjes op zijn ritme.
Maak vreemde mensen voorspelbaar
Voor een hond is iets onbekend al snel een bedreiging. Zeker als het beweegt, luid praat of onverwacht zijn hand uitsteekt. Vraag aan je bezoek om niet meteen oogcontact te maken, of recht op je hond af te stappen. Gewoon zitten, rustig praten, iets laten vallen (zoals een koekje bijvoorbeeld). Zo leert je hond dat mensen best oké zijn. Leuk zelfs.
Geef controle (en uitweg)
Niets zo belangrijk voor een onzekere hond als weten dat hij mag weggaan. Dat hij kan ontsnappen als het hem te veel wordt. Een open deur, zijn eigen mandje, of een eigen plekje in een andere kamer. Een hondenluik kan ook handig zijn. Zeker als je hond zelf kan kiezen wanneer hij even naar buiten wil om tot rust te komen. Die autonomie, het zélf kunnen beslissen, maakt echt een verschil.
Beloon rust, geen dapperheid
Beloon de momenten waarop je hond rustig is. Even snuffelen in de buurt van een vreemde, gaan liggen met z’n rug naar de visite, of gewoon niet blaffen: dat zijn kleine overwinningen. En ja, daar hoort een koekje of een zachte stem bij. En weet: terugval hoort erbij. Elke hond heeft z’n eigen tempo.
Werken aan vertrouwen en rust
Je hoeft niet te wachten op bezoek om te oefenen. Ga wandelen op plekken waar je mensen van op afstand kunt zien. Laat je hond zelf beslissen hoe dicht hij gaat. En doe daarna samen iets fijns: spelen, wandelen, eten. Denk ook aan een rustige eigen plek, waar niemand hem mag storen. En om die autonomie te vrijwaren: ook een kattenluik in de muur kan dienen voor kleinere honden.